maandag 29 juni 2009

Arde Lucus

Met net het vorige feestje achter de kiezen, maakte Lugo zich op voor het volgende feest. Afgelopen weekend stond de hele stad in het teken van de romeinen, en speelde iedereen het spelletje maar al te graag mee. Voor het gemeentehuis verees een Romeins Castellum, de Praza Maior was veranderd in markt met romeinse koopwaar en churros, elders was een taverne ingericht met varken aan het spit, er werden romeinse toneelstukjes opgevoerd, overal was straattheater en ergens was een hoekje voor de Kelten ingericht. Dat laatste is opvallend. Het hele jaar door identificeren gallegos zich liever met kelten, maar tijdens Arde Lucus gaat iedereen liever verkleed als Romein en zie je alleen de alto’s als Kelt. Er zijn teveel indrukken om op te noemen, daarom een fotoreportage:




Kampement voor gemeentehuis.


De romeinse markt


Varken aan het spit bij de taverne


De notabelen


Oud romeinse spelen


De keltische buurt, behalve keltische symoblen in de lucht waren hier ook beesten, hutten en natuurlijk kelten


Romeinse taverelen




Ondanks dat iedereen zich had verkleed als romein, ging het leven van alledag gewoon door...



en natuurlijk waren er gladiatoren


woensdag 24 juni 2009

San Xoán

Zomer in Galicië betekent feest. De hele zomer door worden er kleinere en grotere feesten georganiseerd. Veel dorpen houden hun eigen kleinere feesten, de steden houden zich aan bepaalde feestdagen (vaak gekoppeld aan de dag van een heilige) om dan grootser uit te pakken. Gisteren werd er in heel Galicië San Xoán (of Juan, in goed castellano) gevierd. Dit betekend grote vreugdevuren, sardientjes en muziek. Volgens de lokale krant zouden er alleen al in de stad Lugo meer dan tweehonderd vuren worden aangestoken.
Samen met een paar andere uitwisselingsstudenten ben naar het vuur twee straten verderop geweest. Hier had de hele buurt zich verzameld, was er een latinoband aangerukt, springkussens voor de kinderen en stonden vrijwilligers de hele avond sardientjes te bakken. We hebben onze ogen uitgekeken, vooral omdat het een feest van iedereen is. Tot na twaalven liepen overal kindjes rond en de ouderen waren hun wandelstok vergeten en dansten alsof ze vijftig jaar jonger waren.
Als echte studenten maakten wij van de gelegenheid gebruik om hier ons avondeten te verschalken. Voor iedereen waren er namelijk gratis sardines (in zijn geheel gebakken), met brood en wijn... Ongelooflijk, in Nederland zou dat tot een enorme schranspartij hebben geleid, hier stond iedereen gemoedelijk in rij of vermaakte zich op een andere manier. Gelukkig verbaasden ook de anderen zich erover.
Nadat we twee keer een portie hadden gehaald, zijn we bij het vuur gaan kijken. Mijn buurvrouw, die onderweg tegenkwam, vertelde dat ze op andere plekken vaak kleinere vuurtjes hebben. Over deze vuurtjes maken de echte waaghalzen saltos, een keltische traditie om heksen en slechte geesten te verjagen. Helaas hebben we dit spektakel gemist, en was het vuur ook lang niet zo spannend als een paasvuur (er stond een groot lint omheen). De rest van het feest maakte dit echter meer dan goed.

maandag 22 juni 2009

Por fin


In één van mijn eerste berichten schreef ik over de verhuizing naar het meidenappartement. Nu is het eindelijk zover, twee maanden later dan gepland. Het meisje dat zou verhuizen had moeite met haar examens en stelde haar vertrek iedere twee weken met twee weken uit. Op een verhuizing durfde ik al bijna niet meer echt te hopen, maar gisteren kon ik de kamer van een ander meisje betrekken. Vrijdag was ik naar haar despedida geweest, dus dit keer durfde ik wel mijn tassen te pakken en kaartjes van de muur te halen. Aan verhuizen was ik wel toe zo langzamerhand, niet voor niets bracht ik steeds meer en meer tijd door op de universiteit.
Een vieze badkamer hoef ik in ieder geval niet meer te delen, heb nu één helemaal voor mezelf. Ironisch genoeg kreeg mijn oude buurman juist gister poetswoede en is de badkamer nu brandschoon. Heb hem maar niet verteld dat de Oezbeek de dag daarvoor een poging gedaan had om schoon te maken. Ter illustratie, de Oezbeek verfrist zijn kamer door er een bus deo in leeg te spuiten.
Dit appartement heeft nog meer voordelen, de keuken is groter, de boiler nieuwer, je kan je deur op laten staan zonder ‘Que tal’ risico en bovenal heeft het een terras. Een heel groot terras op het zuiden, en mijn kamer grenst daaraan. Je zou het ook een betonvlakte kunnen noemen, maar gelukkig grenst het terras aan de achterzijde aan een moestuin met bomen. Als de zon echt schijnt kun je daar nog net een plekje in de schaduw vinden. Behalve dat het buiten is, heeft het met ons oerwoud op Droef weinig gemeen, de tuin van de achterburen des te meer. Desondanks ben ik niet minder blij met mijn nieuwe kamer/appartement.

woensdag 17 juni 2009

Oranje flessen


Met nog steeds soms een been in Nederland, vernam ik dat we (nou, ja, ik even niet) vijftig jaar aardgas uit Slochteren tot onze beschikking hebben. Volgens de directeur (in Casa Luna, radio 1) mochten we in onze handen knijpen dat aardgas zo vanzelfsprekend was in de Nederlandse huishoudens. Maar weinig mensen beseften dat.
Nou, er is in ieder geval al weer een persoon meer die zich bewust is van die luxe... Onder Galicië is nooit een aardgasbel gevonden, en daarmee behoren aardgasleidingen ook niet tot de standaardinfrastructuur. Mijn appartement is uitgerust met een boiler en een gasfornuis, maar daar moet je wel zelf oranje gasflessen voor aansluiten. Over het algemeen werkt dit prima, maar soms kom je voor onaangename verassingen te staan. Het kan gebeuren dat de gasfles leeg is, als je net staat te douchen, of rampzaliger: staat te koken... Dat je, zoals studenten eigen is, niet heel ver in het voren hebt gedacht en een halve week op een nieuwe levering moet wachten... Of dat je huisgenoot uit zuinigheidsoverwegingen het gas afsluit (anders blijft de waakvlam branden), en jij je haar kan uitspoelen onder een koude douche. Alles is me wel een keer overkomen, en dan mis je de hoge-druk-altijd-warm-water-douche van de Haarweg, of zelfs de spaardouche van Droef toch wel een beetje. Gelukkig zijn er meestal twee gasflessen in gebruik, eentje voor het gasfornuis, en eentje voor de boiler, en kun je wisselen als er eentje leeg is.
De directeur benadrukte in zijn interview dat veel landen in Europa geen eigen gas hadden. Als ons aardgas opraakte zouden we ons ook wel redden, net als al die andere landen. Nou ik weet het nog zo net niet, met deze ervaring. Gelukkig liggen die gasleidingen er al.

woensdag 3 juni 2009

Weer aan het werk

Nu iedereen (behalve ik) weer is terug gekeerd naar Nederland, is het even voorbij met de vakanties en weekendjes weg. Er moet tenslotte ook nog gewerkt worden. Van babbelen met boeren en beleidsmakers is het nog niet echt gekomen. De plannenmakerij is hier voor mij een grote kluwen garen, waar de afgelopen honderd jaar flink mee is gespeeld. Af en toe probeer ik er een touwtje uit te trekken, in de hoop dat het een verhaal opleverd voor de rest van mijn afstudeervak, en dat ik het aan een ander interresant theoretisch touwtje kan knopen. Het valt nog niet mee. Trekken moet voorzichtig gebeuren, en in het Spaans. Generaliseren is bijna uit den boze, in Galicië is namelijk alles anders.
Dus daar zit ik met een enorme kluwen garen aan de ene kant en alle touwtjes die had meegenomen uit Nederland aan de andere kant. Weggooien is nooit mijn sterkste punt geweest, maar vrees ik nu toch wel een beetje noodzakelijk. Het touwtje babbelen met boeren is al zo goed als overboord. Behalve dat ik ze niet versta, blijken ze ook een stuk minder betrokken te zijn bij de verdere ontwikkeling van hun omgeving dan ik in Nederland had verwacht. In plaats daarvan ben ik nu aan land abandonment aan het trekken. Eerder schreef ik al over vervallen huizen in de stad. Dit blijkt ook in het landelijk gebied in grote mate voor te komen. Ongeveer 25 % van het platteland is verlaten, abandonned. Ongelooflijk. In Nederland leverde een braakliggend industrieterrein de Oostvaardersplassen op. Maar in plaats van nieuwe natuur, levert de situatie hier toch vooral problemen op. Door ophopende biomassa (bosjes, omgevallen bomen) wordt de kans op bosbranden groter. In 2005 is ongeveer 20 % van Galicië platgebrand. Nee, op nieuwe natuur zit hier niemand te wachten.
Daarnaast is er geen goed werkende grondmarkt. Verlaten percelen worden niet verkocht. Veel mensen bezitten wel ergens een stukje land en houden daar krampachtig aan vast. Als appeltje voor de dorst, omdat er misschien huizen gebouwd kunnen worden, of het gebruikt kan worden als productiebos, omdat grond hebben practisch niets kost of omdat men simpelweg niet weet dat het grond bezit. Door onduidelijkheid in ruimtelijk beleid kunnen deze situaties overal voorkomen. Door een niet functionerend Kadaster weet niemand echter wie of waar precies.
Aan de andere kant is het, bijvoorbeeld, om als boer bijna onmogelijk om land bij te kopen. De prijzen zijn hoog, kapitaal ontbreekt vaak en grondeigenaren willen om bovengenoemde redenen niet verkopen. Het gevolg is een situatie waarin alle ruimtelijke ontwikkelingen zo goed als muurvast zitten. Er wordt wel aangewerkt, bijvoorbeeld door de oprichting van een grondbank, maar ook daar zitten weer haken en ogen aan.
Een interresant touwtje dus. Ik ben benieuwd waar het mij gaat brengen en welke touwtjes er nog meer bij gaan komen. Duidelijk is in ieder geval wel dat Galicië worstelt met grote maatregelen die genomen moeten worden, in een tijdperk dat die eigenlijk al weer uit den boze zijn. Niet alleen de overheid zwaait met de scepter, steeds meer draait het om betrokkenheid en participatie van andere partijen.